Onze tweede wandelvakantie voert ons weer naar Oostenrijk. Vorig jaar gingen we naar Lermoos, en nu gaan we naar Nauders in het Oberinntal bij het drielandenpunt met Italië en Zwitserland.
Vrijdag 22 juni 2001
We vertrekken om 13:45 uur. Al snel komen we in de file terecht. Het duurt 3 uur voor we Nederland uit zijn door alle drukte, maar we houden de moed erin. Ondertussen even gestopt, getankt en een Autobahnvignet gekocht voor in Oostenrijk. In Duitsland kunnen we lekker doorrijden en voor we het weten is het alweer etenstijd. Even snel in een wegrestaurant wat naar binnen geschoven en weer verder. Vlakbij Mannheim stoppen we bij een hotelletje om te slapen.
Zaterdag 23 juni 2001
Om 06:00 uur worden we al wakker terwijl we de wekker op 07:30 uur hadden gezet. We staan toch maar op, douchen ons en eten even wat beneden in het restaurant. Om 07:30 uur rijden we weg. Het is zaterdag en heerlijk rustig op de weg. Het is overigens schitterend weer. De lucht is strak blauw. Af en toe zijn er “Baustellen” en is het wat drukker of staan we even in de file, maar over het algemeen rijdt het lekker door. Zo langzamerhand komen er bergen in zicht en naderen we ons doel. Om 13:00 uur komen we in Nauders en bij Hotel Edelweiss aan. We checken in en nemen onze bagage mee naar boven. Het is een nette kamer met een heerlijk balkonnetje in het zonnetje en we hebben een prachtig uitzicht op een aantal besneeuwde bergtoppen. We pakken onze koffers een beetje uit, trekken een korte broek aan en gaan het dorpje bekijken. Dit betekent tevens het eerste klimmetje. Als we terugkomen op de kamer trekken we onze zwemkleding aan en gaan even heerlijk in de zon zitten. Even later meteen maar even in het zwembad en de sauna kijken, douchen, eten en moe maar tevreden naar bed.
Zondag 24 juni 2001
We zijn weer lekker vroeg wakker, maar blijven nog even liggen omdat we pas om 07:30 uur kunnen ontbijten. We hebben voor vandaag zelf een wandeling uitgezocht op de kaart waarvan we denken dat ie niet zo zwaar is. We beginnen gewoon bij het hotel dat op 1400 meter ligt en lopen naar de Schwarzsee op ongeveer 1780 meter. Dit is al een behoorlijk klim met soms best wel steile stukken door het bos. Bij het mooie meer vinden we een bankje. We eten wat, installeren ons om even een half uurtje te relaxen met een goed boek. Het barst hier van de vliegen en sluipwespjes die op weg naar deze plek ons ook al behoorlijk lastig hadden gevallen. We gaan verder en wandelen richting de Kleine Mutzkopf op 1812 meter hoogte. Dit lijkt ons wel te doen en vol goede moed beginnen we hieraan. Als tijdens het lopen blijkt dat we ook een behoorlijk stuk moeten dalen, denken we “Oh jee, dat moeten we straks ook weer omhoog”, maar het lukt. We stempelen een stempel op de kaart (er hangen op sommige plaatsen stempels zodat je kan bewijzen dat er bent geweest). Het uitzicht is hier trouwens schitterend. Er ligt nog best wel veel sneeuw op de toppen van de bergen en dat is erg mooi. Nu nog een heel stuk naar beneden. Dat valt niet mee, maar we halen het. ’s Middags even lekker zwemmen en zonnen. Heerlijk eten, een Galadiner. ’s Avonds nog wat lezen even tv kijken en slapen.
Maandag 25 juni 2001
Weer vroeg wakker, maar we dommelen nog even verder. Het is schitterend weer vandaag en dus gaan we vlot na het ontbijt even het dorp in om onze lunch te kopen en meteen ook maar goede wandelstokken en dan op pad. We kijken even op de kaart welke route we vandaag zullen wandelen. Dinsdag is een begeleide wandeling waarbij we 900 meter moeten stijgen, dus vandaag nog even rustig aan. We besluiten met de gondelbaan vanaf de Reschensee (Italië) naar boven te gaan en daar een wandeling te maken. Helaas, de lift is niet in werking, dus dat wordt naar boven wandelen. De Reschensee is trouwens heel groot en heeft een groenige kleur. Erg mooi! Aan het begin van de wandeling is het nog niet zo zwaar. We lopen over een geasfalteerde weg naar boven. Op een gegeven moment nemen we een “shortcut” via een skipiste. Dit valt niet mee. Het is steiler dan we dachten en behoorlijk zwaar. We zweten ons kapot en worden vergezeld door een zwerm muggen en vliegen die om ons hoofd heen zoemen en af en toe een poging wagen om ons te prikken. We proberen ze weg te jagen, maar dat lukt niet en we proberen onze energie maar weer in het wandelen te steken, want dat hebben we hard nodig. Uiteindelijk komen we weer op een verharde weg en lopen we nog steeds omhoog naar een hut om Kaiserschmalm te eten. Helaas, de hut staat wel op de kaart, maar bestaat niet of niet meer. Dan toch maar gewoon de broodjes opeten die we voor de lunch gekocht hebben. We zijn boven! Nu weer naar beneden!
Onze benen beginnen nu echt pijn te doen, maar we moeten toch weer terug. Gedeeltelijk gaan we weer via een skipiste naar beneden. Zeer steil, maar wel leuk. Zeker als we rond de 1900 meter hoogte wat sneeuw tegenkomen. We skiën en gooien sneeuwballen naar elkaar. We lopen verder. Als we bij de weg komen is het nog een heel eind naar de auto, maar het einde is in zicht. We vragen ons wel eens af: “Wat doen we onszelf aan?”, maar de mooie uitzichten maken een hoop goed! Eenmaal in het hotel gaan we weer zwemmen, zonnen en lezen. We eten lekker. Als we opstaan om weer naar boven te gaan, kunnen we ons bijna niet bewegen van de spierpijn in onze benen. We lezen nog wat op het balkon en gaan dan lekker slapen.
Dinsdag 26 juni 2001
We hebben niet zo best geslapen vanwege de hooikoorts. Er zijn hier meer grasvelden die gemaaid worden dan we ooit hadden kunnen bedenken. Vol goede moed staan we toch maar op. We gaan vandaag een begeleide wandeling doen van 1900 meter hoogte naar Piz Lat op 2808 meter. Dat is niet mis, maar we hebben er zin in. Eerst een stukje met de auto naar 1900 meter. Daarbij komen er ook nog eens spontaan twee (wilde) paarden op de weg lopen waardoor we even moeten wachten.
We beginnen aan de wandeling. We stijgen meteen behoorlijk, maar het valt niet tegen, we houden het goed vol. Als we tussen de 300 en 400 meter zijn gestegen hebben we 15 tot 20 minuten rust. Hier wachten we op de achterblijvers. Even zitten met wat eten en drinken en van het uitzicht genieten. Dan weer verder. De volgende 300 meter gaan wat “gemütlicher” omhoog en dat gaat lekker. We lopen af en toe door sneeuw. Wel glad, maar wel leuk dat je in je zomerse outfit in de sneeuw staat. Ook hier even een korte pauze. We lopen trouwens met 14 man uit het hotel. Sommige blijven wat achter en 2 mensen zijn zelfs al gestopt. De gids geeft aan dat we dit laatst stuk allemaal in ons eigen tempo gaan lopen. Het wordt zwaar dus niemand hoeft met iemand rekening te houden. Wij beginnen vast aan de klim. Het is erg steil en het weggetje wordt steeds smaller en minder goed begaanbaar. De laatst 100 meter zijn echt het zwaarst, maar we moeten de top halen!
We zijn er en we hebben zo’n fantastisch uitzicht dat we alle inspanningen meteen weer vergeten. Je kunt ook goed zien hoe steil het pad is dat we gelopen hebben. Gelukkig hebben we eerst even pauze, en we genieten van onze lunch en het uitzicht. Boven gekomen, merken we dat de overal aanwezige stempel hier helaas is uitgedroogd en zelfs met sneeuw komt er niet meer dan een vage vlek op de kaart te staan. We gaan heel langzaam naar beneden vanwege het steile pad, hoewel de anderen meer vaart hebben en dus een tijdje op ons moeten wachten. We trakteren onszelf op een bord heerlijk Kaiserschmalm, wat later tijdens het avondeten veel te veel blijkt te zijn geweest. ’s Middags hebben we natuurlijk nog even gezwommen en gezond, dat hoort ondertussen bij het ritueel en na het eten zitten we nog even op het balkon.
Woensdag 27 juni 2001
Vandaag hebben we een “ruhetag”. We blijven wat langer in bed liggen en slapen gelukkig ook nog wat. We gaan vandaag dus niet wandelen, maar we besluiten naar de Badesee te gaan. Dit is een klein meertje bij Ried, waar je lekker kan zonnen en zwemmen. Het water is heel helder. Je ziet een heleboel kleine visjes en wat kikkervisjes zwemmen. We blijven hier de hele ochtend en het begin van de middag. We lunchen bij een restaurantje bij het meer. We eten er heerlijk “Fit for Fun” salade met wat frietjes. Als we weer even willen gaan liggen, begint het een beetje te regenen. Niet veel, maar we gaan toch maar terug naar het hotel. Hier kleden we ons om voor een potje tennis. We huren een baan in het dorp, maar na een paar ballen overslaan, komen we erachter dat het meer een knollenveld is dan een gravelbaan. We houden het 20 minuten vol en dan geven we de moed op. We lopen nog even naar de supermarkt om wat “einkaufen zu machen”, en een ijsje te eten en daarna begint het te regenen en een beetje te onweren. We lopen in de regen terug naar het hotel. De regen en het onweer zet helaas niet door. Dit hopen we omdat het erg benauwd is en omdat het misschien helpt tegen de hooikoorts.
Donderdag 28 juni 2000
Het heeft de hele nacht geregend en ook nu we opstaan komt het met bakken uit de hemel. Als we dat geweten hadden, hadden we vandaag een rustdag gehouden. Tot een uur of elf regent het behoorlijk, daarna klaart het wat op en we besluiten alsnog de Nauderer Höheweg te gaan wandelen. Helaas begint het na een minuut of 10 weer te regenen en lopen we maar weer terug. We eten een broodje en lezen in onze boeken. De broodjes zijn niet lekker, droog, ze zijn van gisteren. Omdat het ondertussen weer droog geworden is gaan we in het dorp maar even wat eten. We hebben trouwens ook even onze wandelschoenen ingevet, want die waren super stoffig geworden van de megawandeling van dinsdag. We eten lekker bij een restaurantje en beseffen ons ineens dat het nog steeds droog is. Het is nu jammer genoeg te laat om nog echt te gaan wandelen. We gaan terug naar het hotel, we lezen nog wat en gaan lekker zwemmen en in de sauna. Vanavond eten we “Baurnbuffet”, dat wordt vast lekker.
Vrijdag 29 juni 2001
Als we wakker worden is het nog steeds bewolkt, maar het wordt steeds lichter. We gaan vandaag naar het drielandenpunt en daarna naar de Große Mutzkopf. We gaan eerst met de stoeltjeslift naar de Kleine Mutzkopf (1812 meter), daar zijn we eerder al geweest en van daaruit gaan we naar de “Dreiländerstein” via de Schwarzsee en de Grönsee (1781 meter). Hierna lopen we over een paar lieflijke alpenweides en over een soort moeras, wat we het kikkerparadijs dopen, want als we over de houden vlonders lopen die speciaal voor wandelaars daar zijn neergelegd, springen er regelmatig kikkers voor ons langs of naast ons. Verder hebben we weer veel last van insecten, maar dat is geen nieuws, want dat is de hele week al zo. We zien ook nog twee hazen voorbij rennen. Nu beginnen we echt aan de klim naar het drielandenpunt (2180 meter). Het valt op zich wel mee, maar er zijn een paar zware gedeeltes die een hoop energie kosten. We hebben wel prachtig uitzicht op de Piz Lat. Dit is de berg die we dinsdag beklommen hebben. Hij is echt hoog! We lopen er als het ware langs.
Eenmaal op het drielandenpunt valt die plek een beetje tegen, maar het is toch wel leuk. We moeten natuurlijk even op de foto. Nu moeten we weer terug door het kikkerparadijs naar de leuke alpenweide waarvandaan we de Große Mutzkopf gaan beklimmen. Onderweg naar dit punt zien we nog een volledig skelet liggen van een of ander beest. Deze klim gaat niet echt makkelijk, want sommige stukken gaan behoorlijk steil omhoog, maar ook hier halen we uiteraard de top (1950 meter) om daarna de afdaling in te zetten. Dit voelen we behoorlijk in onze knieën, maar we moeten toch weer naar beneden. Het is een flinke daling want we moeten natuurlijk weer naar Nauders dat op 1400 meter ligt. Uiteindelijk zijn we om 16:30 uur weer terug in het dorp. We zijn vanochtend om 09:00 uur vertrokken dus het was al met al een zware tocht. We gaan nog even een beetje dobberen in het zwembad, is ook wel lekker voor de spieren, en even in het zonnetje liggen wat toch weer de hele dag geschenen heeft om daarna lekker makkelijk aan te schuiven om te gaan eten. Zo, we hebben weer een moe, maar voldaan gevoel na deze dag en daar gaat het allemaal om.
Zaterdag 30 juni 2001
Het is weer onbewolkt als we opstaan. Zo mogen we het graag zien. Vandaag gaan we naar Samnaun. Een duur plaatsje in Zwitserland waar je belastingvrij inkopen kan doen en leuke wandelingen kan maken. Wij doen dat beide. Eerst maar eens wandelen en dan vanmiddag een beetje in de winkeltjes kijken. We nemen de kabelbaan van Samnaun naar boven. We gaan van 1800 meter naar 2500 meter. Het is best koud daarboven. We lopen op een brede weg waar ook auto’s kunnen komen, maar al snel slaan we af naar een wat smaller, leuker wandelpaadje. We klimmen een klein stukje. He, wat zien we daar. Eer soort bever loopt over een bergje omhoog. Even later zien we er nog twee. Volgens ons zijn het bergmarmotten. Erg Leuk!!
We lopen een stuk vlak en hebben prachtige uitzichten over besneeuwde bergtoppen en dalen. Daarna komen we weer bij een wat steiler gedeelte, maar dat is ook maar kort. Uiteindelijk komen we op 2600 meter. We lopen nog een stukje verder , ook weer vlak. Moeten langs wat sneeuw lopen omdat het op ons pad ligt en uiteindelijk kunnen we niet verder omdat een grote sneeuwvlakte over ons wandelpad heen ligt. We gaan terug. We drinken nog wat bij het restaurant bij de gondelbaan en gaan nog even op een trapje rustig een broodje eten en een stukje lezen. Om 13:30 uur gaan we met de gondelbaan weer naar beneden. We lopen terug naar Samnaun (20 minuten) en gaan wat winkeltjes bekijken. We drinken nog wat op een terrasje en eten een ijsje en we gaan terug naar de auto om weer naar het hotel te gaan. Dit is nog een hele tour met al die scherpe bochtjes. Eenmaal bij het hotel gaan we zwemmen. Er komen overigens wolken binnendrijven. Morgen staat er qua weer een wisselvallige dag op het programma. Wat we morgen voor wandeling gaan doen weten we nog niet. Misschien de Nauderer Höheweg, maar dat zien we morgenochtend wel. Het is ook wel afhankelijk van het weer.
Zondag 01 juli 2001
We gaan vandaag inderdaad de Nauderer Höhenweg wandelen. Eerst wandelen we naar de kabelbaan die ons een heel stuk hoger brengt. Vandaar uit kunnen we de Höheweg op. We kunnen de wandeling zo lang maken als we zelf willen. Je kan helemaal aan het eind naar beneden, maar ook tussendoor een paar keer. Het is een leuk en gemakkelijk wandelweggetje. Het is af en toe een beetje soppig, maar ja. We moeten een aantal keren over een beekje heen, de een wat groter dan de ander. Meestal zijn er een soort van bruggetjes overheen gemaakt. Een aantal keren niet. Dat is wel leuk, want dan gaan we dus gewoon dwars door het riviertje heen. We komen nu ook wat koeien tegen. Deze moeten uiteraard op de foto. Als twee koeien ons de weg versperren, is het toch wel een beetje lastig. Ze komen wat dichterbij. Eentje likt aan onze kleding en handen.
Ze gaan iets naar de zijkant en we kunnen erlangs. We lopen rustig door. Tien beekjes en een paar koeien later merken we dat het pad steeds iets smaller wordt en dat we de bossen in gaan. Op zich leuk, maar uiteindelijk lijkt het niet meer op een pad en als we ook nog over rotsen en bomen moeten gaan klimmen besluiten we toch maar terug te gaan. We begrijpen er niets van. We kunnen eigenlijk nauwelijks fout gelopen zijn. We zijn niet eens op een splitsing geweest. Maar goed, we lopen terug en we komen bij een alpenweide waar onderaan een pad loopt. Hier dalen we naar af, maar het is niet de Nauderer Höheweg. We besluiten dit pad toch maar te gaan volgen. Dit gaat prima en nu komen we ook uiteindelijk bij een kruising waar we naar beneden naar Nauders kunnen. Als we een tijdje op dit pad lopen komen we 2 Nederlanders tegen. Zij zijn ook op zoek naar de Nauderer Höheweg, maar hebben deze ook niet kunnen vinden. Na even gepraat te hebben lopen we weer door. We besluiten dat we de Nauderer Höheweg maar een stomme weg vinden en dat we de naam van deze weg nog zo min mogelijk willen horen. Misschien wat flauw, maar we hadden er echt de pest in aangezien wij wel een half uur over moeilijk begaanbaar gebied gelopen hebben. We dalen nu behoorlijk over een makkelijk begaanbaar pad. Het is best nog ver naar beneden en onze bovenbenen en knieën moeten het ontzien. Eenmaal bij het hotel gaan we even zwemmen, lekker douchen en om 18:00 uur gaan we even een aperitiefje drinken en krijgen we uitleg over de begeleide wandelingen van volgende week. We zijn benieuwd. Daarna hebben we een galadiner met allemaal lekkere dingen. Tot morgen!
Maandag 02 juli 2001
We waren weer, zoals de hele vakantie al, vroeg wakker. We gaan vandaag wandelen bij Schlinig op aanraden van collega-wandelaars die ook mee waren toen we de Piz Lat beklommen. Het was een makkelijke wandeling door een prachtig dal. Het is ongeveer 45 minuten rijden naar Schlinig dat in Italië ligt. Het eerst deel van de wandeling is heel vlak, langs een riviertje. Op de achtergrond (achter ons) prachtige bergtoppen en naast het riviertje leuke alpenweiden met een hoop kleurige bloemetjes. Ver voor ons uit zien we een waterval van de rotsen afkletteren. Het pad waar we lopen is heel goed begaanbaar. Je zou er met een auto op kunnen rijden. Dit blijft eigenlijk continu zo, alleen wordt het op een gegeven moment te steil om goed naar boven te kunnen rijden, maar het is gewoon een lekker breed pad. Er staat trouwens een koude wind.
Het pad wordt steiler omdat het naar de waterval loopt die toch behoorlijk hoog begint. Het is een aardige klim, maar het is de moeite waard. Het uitzicht over het dal en daarachter die bergtoppen is schitterend. We lopen over veel kleine riviertjes die vanuit de bergen naar beneden komen om een te worden met de grotere rivier waar we net langs liepen. We zien verderop al een berghut liggen. Hier willen we wel even wat eten en drinken. We eten Kaiserschmarn. We willen proberen om hier het recept van te bemachtigen want het is echt heerlijk. Na een pauze van een half uur vertrekken we weer. We lopen nog iets verder richting de Zwitserse grens. Deze bereiken we door over veel kleine riviertjes, modderige stukken en kleine sneeuwveldjes te lopen. Allemaal erg mooi om te zien. We zien ook smeltende sneeuwmassa’s die voor een gedeelte nog onder hun eigen smeltwater liggen wat een heel mooi gezicht is. Je ziet het wel eens in die documentaires over de Noordpool, van dat blauwe ijs. We lopen terug over dezelfde weg, behalve het vlakke deel, dan lopen we over een ander pad. Dit blijkt niet zo slim te zijn, want als we aan het einde van de weg komen en de auto al kunnen zien staan loopt er een diepe geul met water voor onze neus langs en de brug is weggebroken. We lopen een stukje langs de rivier. Waar de geul wat minder diep wordt wagen we het erop. Een paar voorzichtig stappen naar beneden, een stap door het water en weer een paar stappen omhoog. We zijn er! Nu weer lekker naar het hotel om uit te rusten.
Dinsdag 03 juli 2001
Vandaag is Serfaus aan de beurt, dat een half uurtje rijden bij Nauders vandaan ligt. Van 1444 meter hoogte in Serfaus gaan we naar 1980 meter hoog, het middenstation van de kabelbaan. Van hieruit kunnen we naar ongeveer 2500 meter klimmen om naar een mooi meertje te wandelen. Het valt weer niet mee om naar zo’n hoogte te wandelen, maar het is wel een leuk meertje. Ook hier ligt de gletsjer nog gedeeltelijk in het water wat een heel mooi effect geeft. Hier gaan we even zitten en wat eten. Het weggetje wat we nu gaan lopen is met stippeltjes (=moeilijk) aangegeven op de kaart, maar we gaan ‘m toch maar doen. We moeten eerst een stuk over sneeuw omhoog. Dit hebben al meer mensen gedaan dus het pad is al behoorlijk voorgetrapt. Hierna komt een stukje gewoon pad, maar wel omhoog dus we stijgen weer een stukje. Daarna worden stukjes pad (vrij vlak) afgewisseld met puinhellingen waar we dus overheen moeten klauteren. Het is niet echt het zwaarste stuk van de wandeling maar je moet geconcentreerd lopen want die rotsstukken zijn best lastig.
Nu komen we op een aantal sneeuwvelden die op zich vrij vlak zijn en waar we dus vrij gemakkelijk overheen kunnen lopen. Ook hier zien we, net als van de week een bergmarmot, deze rent over de sneeuw. Het pad is nu verder prima begaanbaar en het loopt lekker door. Uiteindelijk komen we aan het einde van het gestippelde pad. Vanaf hier loopt er een makkelijk pad naar beneden. We moeten eigenlijk nog 500 meter dalen voor we bij het middenstation van de gondelbaan zijn. We zijn allebei behoorlijk moe en hebben niet zo’n zin om dat hele eind nog naar beneden lopen. Gelukkig is er ook een gondelbaan van boven naar het middenstation (anders zou er geen middenstation zijn) dus die nemen we naar beneden. Eenmaal weer beneden in Serfaus eten we een sinaasappeltje en halen we een blikje drinken. We komen weer wat bij en rijden terug naar Nauders. Hier uiteraard weer even lekker zwemmen, eten en Wimbledon kijken, want dat doen we ook elke avond op een Duitse tv zender. Erg gezellig en lekker kneuterig in bed.
Woensdag 04 juli 2001
Weer een nieuwe dag. De dagen vliegen om. Vandaag willen we weer een stukje in Italië gaan wandelen. Als we bij de lift aankomen die ons naar ons startpunt moet brengen, zien we heel grote grijze wolken hangen, precies waar we willen gaan lopen. Dit zien we niet zo zitten, we wachten nog even om te kijken hoe het zich ontwikkelt, maar het lijkt eerder erger dan minder erg te worden. We stappen weer in de auto en besluiten om naar St. Moritz te gaan in Zwitserland. We zijn behoorlijk lang onderweg, maar het is een mooie route. Rond lunchtijd komen we aan in St. Moritz. We lunchen heerlijk op een terrasje en betalen ons scheel, en lopen een beetje door het stadje. Dure winkels, chique mensen en wij lopen lekker in ons wandelkloffie. We zoeken een bankje op, uit de wind en in de zon om eens lekker te gaan zitten. We pakken ons boek erbij en vertoeven daar een uurtje. We wandelen rustig terug naar de auto om een andere, snellere route terug te nemen naar Nauders. We moeten ons bij het wandelbureau voor 17:30 uur aanmelden voor de gletsjerwandeling van morgen. We gaan het gewoon doen! Best spannend, maar het moet ontzettend mooi zijn.
Donderdag 05 juli 2001
Vandaag is de dag. We gaan de gletsjertour maken. Om 08:00 uur verzamelen we voor het wandelbureau. De gids rijdt met ons mee. Bij de tolweg naar het Kaunertall wachten nog 2 mensen op ons die met de wandeltocht mee doen. Het is een heel eind rijden. Als we echt beginnen met stijgen zien we een bordje met het getal 29 staan met daaronder “kehre”. Dit betekent dat er 29 haarspeldbochten op komst zijn. De gids heeft zijn hond meegenomen en die zit rustig bij hem.
Na dus een hele serie haarspeldbochten parkeren we de auto en gaan we op pad. We lopen rustig door een dal richting de gletsjer. De wandeling is niet zwaar maar wel erg mooi. De gids vertelt dat de lijnen op de rode rotsen veroorzaakt zijn door de gletsjer toen deze nog niet zover teruggetrokken was. Uiteindelijk komen we echt bij de gletsjer aan. We staan bij de opening waar de gletsjerrivier onder vandaan komt. Het stroomt echt als een gek en er komt zelfs wat water over de gletsjer heen. We lopen een stukje over de gletsjer heen. Dit is op zich niet moeilijk, behalve als je wat steilere stukken op moet.
Op de heel steile stukken hakt Carl (de gids) een klein trappetje in het ijs waardoor we er makkelijker naar boven kunnen lopen. Het is echt ongelooflijk mooi, zo’n grote ijsmassa hebben we nog nooit gezien. Af en toe moeten we over kleine spleetjes stappen. We doen heel rustig verder. Gelukkig ligt het tempo niet hoog. Uiteindelijk stoppen we op een punt van de gletsjer met aan beide kanten een gletsjerspleet. Het is allemaal erg mooi om te zien. We eten even wat en dan haalt de gids touwen en haken uit zijn tas. Wie wil kan een stukje naar beneden gelaten worden in de gletsjerspleet om deze eens van dichtbij te bekijken.
De twee Duitse jongens die ook mee zijn, gaan eerst. Wij moeten helpen om ze weer omhoog te trekken. Ze zijn zwaar! Dan ga ik terwijl Mandy foto’s maakt. Dat afdalen is nog best lastig en voor ik het weet hang ik ondersteboven. Als ik weer goed hang, laat de gids me stukje bij beetje zakken. Na een tijdje trekt de rest mij weer omhoog. Het touw en tuigje waar je aanhangt en in zit, zijn heel sterk, er kan eigenlijk niets gebeuren.
Dan gaat Mandy die haar angst heeft overwonnen. Heel langzaam, stukje voor stukje, gaat ze iets meer over de rand. Uiteindelijk hangt ook Mandy in die gletsjerspleet. Het is echt onwijs mooi; we vonden het fantastisch.
We lopen een andere route over de gletsjer terug. Dit gaat op zicht wel, alleen de steile delen blijven lastig. Op het laatste steile stuk wordt het touw weer uitgerold, we kunnen ons hieraan vasthouden als we naar beneden lopen. Het is het beste als we dit achterstevoren doen, dus dat doen we ook. Nou, dat valt allemaal erg mee en we staan weer op modder en rotsen. Dat loopt weer een stuk makkelijker. We lopen een stuk terug, gaan nog een klein stukje over de gletsjer en daarna weer over de rotsen terug. Het was prachtig, we hadden het voor geen goud willen missen. We hebben zelfs nog een klein aandenken: blauwe schenen, schrammen en spierpijn. “Je moet er natuurlijk wel een beetje lol van hebben”.
We rijden door naar boven waar een grote eethut staat en waar nog heel veel sneeuw ligt. Er wordt zelfs door een enkeling nog gesnowboard. Hier krijgen we een flinke lunch voorgeschoteld waar we meteen op aanvallen want we hebben behoorlijke honger. Helaas gaan we boven niet meer wandelen. Om een uur of half drie gaan we weg en rijden we alle 29 tornanti weer naar beneden. Rond 16:00 uur zijn we weer in het hotel. Even lekker zwemmen, douchen, badderen en lezen en daarna aanvallen op het boerenbuffet. We eten natuurlijk weer veel te veel, maar wel lekker. Morgen nog één dag en dan moeten we alweer naar huis. Welterusten!
Vrijdag 06 juli 2001
Vandaag slapen we uit want we gaan niet wandelen. Helaas lukt dat uitslapen niet zo, maar we blijven nog wat liggen doezelen en lezen. We zitten uiteindelijk zoals gewoonlijk weer rond 07:45 uur aan het ontbijt. Hierna gaan we naar boven om het een en ander op te ruimen en in te pakken. We gaan naar het dorp om wat boodschappen te doen voor onderweg, want morgenochtend vroeg vertrekken we alweer richting Nederland. We kopen ook Kaiserschmarrn om te kunnen laten proeven aan familie en vrienden. We weten zeker dat het in de smaak zal vallen. Het weer is goed. Er hangt een grote sluier voor de helder blauwe lucht en het waait behoorlijk, maar we zitten heerlijk in het zonnetje te lezen. Voor de lunch eten we ergens bij een restaurantje wat, om vervolgens weer in de zon te gaan zitten. Het is een lekkere luierdag en we doen nog een kleurtje op. Zo meteen lekker eten en morgen vroeg op pad.
Zaterdag 07 juli 2001
We zijn vroeg wakker en besluiten maar op te staan en vroeger weg te gaan dan gepland. Om 06:15 uur rijden we weg. We eten een broodje in de auto. Na ongeveer 300 kilometer stoppen we even. We tanken, eten en drinken wat en gaan dan weer verder. Na nog eens 300 km is het zo’n beetje lunchtijd, dus we stoppen ergens om in een wegrestaurant wat te eten. Het gaat lekker. Het is 12:15 uur en we zijn al over de helft. We hebben nog geen file gehad. Wel wat stukjes waar we wat langzamer moesten rijden door werk aan de weg, maar daar konden we wel gewoon doorrijden. Als we in Nederland zijn hoeven we nog maar 2 uurtjes. De laatste 2 uurtjes vallen nog behoorlijk tegen, zeker als we net na Maarssen nog een half uur in de file komen te staan door een ongeluk. Maar, we zijn alsnog lekker op tijd thuis. Het was een spannende, leuke en vooral mooie vakantie!